Short larp: War Stories (1)

Short larp: War Stories (1)

Gespeeld: 27 november 2014 te Utrecht

Schrijver: Taisia Kann

In november 2014 won Taisia Kann met het scenario “Kriegsgeschichten” (War Stories) de eerste Duitse larpwriter wedstrijd “MiniFRED” (Beste Deutschsprachige Mini-Larp 2014). De prijs werd uitgereikt tijdens de Duitse versie van Knutepunkt, getiteld “Mittelpunkt”.

War Stories is een narratieve shortlarp met originele mechanics over leven en dood na een Oorlog. Zij die het overleefd hebben komen elke 5 jaar bij elkaar om samen te herinneren. Elke keer zijn zij met minder. De Grote Oorlog is nu al 40 jaar geleden. Destijds waren we met velen, maar slechts enkelen hebben het overleefd. Op dat moment hadden we dromen, vandaag de dag, bijna een mensenleven later, dromen we elke avond van wat er toen is gebeurd.

De voorbereiding

Een week voor aanvang ontvingen we als deelnemers het scenario van deze short larp, want dat was onderdeel van het spel: geen geheimen voor elkaar. Het spel gaat niet over het ontdekken van elkaars oorlogstrauma’s maar meer over het proces van verwerking en ouder worden, dus was alles openbaar. Voor sommigen van ons was het even schrikken: een scenario in het Duits! Gelukkig waren google translate en enkele deelnemers aardig genoeg om het spel te verklaren.

Het spel is voor 4 tot 8 spelers, dus voor een klein gezelschap. De spelleider kan meespelen, want alleen in de voorbereiding is zijn of haar rol van belang. Ondanks dat het maken van de rol een onderdeel van het huiswerk was, hebben we gelukkig in de pre-game workshop nog eens rustig een personage gemaakt. We moesten ook aangeven aan wie we een hekel hadden, en dat werkt prettiger als je eens rustig de kamer rond kunt kijken voordat je een keuze maakt. Tevens konden we in het voorstelrondje de informatie direct met elkaar delen. Dat werkte uitstekend.

Vervolgens zouden we in diverse ronden van ongeveer 20 minuten de vijfjaarlijkse reünie gaan vieren, vanaf het 8ste lustrum. We hadden dan ongeveer de leeftijd van 60 jaar, aan het einde van onze werkzame carrière. Ook was afgesproken dat de deelnemers zelf het einde van scene aangeven met het woord ‘cut’! Tijdens een scene is alles dat wordt gezegd waargebeurd in het spel. En ik vind dat een steeds leukere regel worden. Aan het einde van een ronde trok elke deelnemer blind een kaartje uit een stapel, aangeboden door de spelleider. Degene die het kruis trof, was de volgende ronde dood en zou als geest rondwaren tot en met het einde van het spel. Geesten mogen een keer per ronde ‘Fout!’ roepen als iemand zit te liegen volgens de geest. Daarnaast mag een geest regieaanwijzingen influisteren bij spelers. Tot slot mag er niet over het recente verleden worden gesproken, maar moet na enkele zinnen weer de oorlog worden aangehaald.

Het spel

We kozen voor een bestaande oorlog: de Tweede Wereldoorlog, omdat we geloofden dat dit zou helpen bij het spelen. Ook besloten we te kiezen voor de Duitsers, omdat die kant van het drama interessant zou zijn om te ontdekken. De eerste ronde werd helemaal gespeeld, vanaf aankomst bij de reünie tot de ‘cut’. Urs, Tonie, Albert, Boris, Franz, Kasper en Hilbert haalde herinneringen op aan de stijd in de Ardennen en aan het oostfront. De oud-strijder met het hoogste woord werd helaas spook. De volgende scene begon ergens halverwege, waarbij de ontmoeting van de mannen werd overgeslagen. We gaven een draai aan het spel door niet nog een keer een reünie te vieren, maar om vlak na de begrafenis (wel 5 jaar later) van onze strijdmakker zijn oude auto toe te kennen aan een van de aanwezigen. Ik kreeg de aanwijzing van de geest op papier dat de meest vaderlandslievende strijder recht had op zijn erfenis. Opnieuw ging de discussie over het goed en fout zijn in de oorlog, net zoals in de eerste scene.

Voor de derde scene kreeg iemand het idee om het te laten plaatsvinden in het huis van de volgende overledene, de strijdmakker die de auto in de vorige ronde had gekregen. Door het toeval werd diegene aangewezen om te gaan spoken nadat hij met auto en al in de puinpoeders was gereden. We waren daar na de begrafenis om het huis leeg te halen. Deze setting deed heel veel met de sfeer en maakte deze scene tot de beste van allemaal. Ook het snel in elkaar gedraaide dagboek door de geest van de overledene met daarin verwijzingen naar het trauma dat mee het graf in was genomen, werkte uitstekend. De spelleider besloot dat na deze ronde er twee zouden sterven. De drie overgebleven makkers kwamen bij een van de heren thuis na een bezoekje aan Kamp Vught. Een van de heren had daar bekend van joodse komaf te zijn. We begrepen niet hoe hij was omgegaan met de vaderlandsliefde die we jaren terug (in de eerste ronde) aan elkaar hadden uitgesproken. In de een na laatste ronde, weer 5 jaar later, bezocht een hoog bejaarde kerel degene die ‘uit de kast’ was gekomen en die net klaar was met speechen aan toehoorders, ‘opdat niet vergeten zou worden’. Daar werd het verlies van de vorige makker besproken. Ik bekende daar, als een van de twee overgeblevenen, dat ik hem helemaal niet miste, daar hij in de oorlog, toen hij hospik was, per ongeluk mijn nog te redden onderbeen had afgezet. Hij zou daarmee mijn leven hebben verwoest, althans zo voelde mijn personage dat. Tot slot sprak de joodse strijder mooie woorden over mij en over de strijdmakkers aan mijn familie op mijn begrafenis in de laatste scene.

De conclusie

Het spel is nog niet helemaal af volgens mij en enkele andere deelnemers. Maar dankzij het goede rollenspel van alle aanwezigen ontstond er een wel een bepaalde beklemmende sfeer. Ik had het gevoel dat ik tijdens het spel een paar keer werd geholpen door de spelleider zijn spel (een goede speler en professioneel acteur). Het delen van oorlogstrauma’s ging ons minder goed af. Het werd vaker een discussie over goed en kwaad; niet door de schrijfster de geplande dynamiek, maar voor ons wel een begrijpelijkere thematiek. Onze toevoeging om de volgende scene aan te laten sluiten op een gebeurtenis van de vorige en bedacht door het zojuist overleden veteraan, werkte bijzonder goed. Door de eerste ronden wat langer te maken en na enkele ronden pas mensen naast het spel te plaatsen, wordt de resterende tijd voor hen die geest zijn geworden dragelijk. Uiteraard zijn geesten van harte welkom subtiele regieaanwijzingen te geven, op een wijze die het spel nauwelijks storen. Een enkeling ervoer de tragiek van het ouder worden. Dat ervoer ik zelf niet. Ik denk dat als je wat dichter op de oorlog begint met het houden van de reünie, de oorlog nog levendig is en dat naarmate je ouder wordt, de oorlog steeds verder weg komt te staan en je er anders tegen zaken aan gaat kijken. Op deze wijze ervaar je het ouder worden naar mijn mening meer. Dat gecombineerd met een gemeenschappelijke gebeurtenis uit de oorlog die ons bindt, zouden interessante aanpassingen zijn die het de moeite waard maken het spel nog een keer te proberen.

 

1 Comment

  1. Thank you for your feedback!

Trackbacks/Pingbacks

  1. Live Action Roleplay Part One: I Done Played Some Larps | Bricks, Mortar & Barbed Wire - […] circumstances every “Act” (with 5 years in between each one) to talk about their past. The postmortem with feedback…

Submit a Comment